Fritz FRANCKEN
O DOODE BROEDERS
Wij waren broeders in den kogelregen
En sneden stuiten van hetzelfde brood.
Wij hielden samen met een propje lood
Den uitval van eenzelfden vijand tegen.
Wij hebben saam op 't zelfde stroo gelegen.
Ik stond naast u toen men uwe oogen sloot,
En van uw bloed waren mijn handen rood.
Uw tragisch hoofd was op mijn hart gezegen...
Dit vroeg verscheiden heeft mijn laatre nachten
Met 't vaag tumult van uw verstorven klachten
En met den wenk van uwen blik gevuld.
O broeders, laat mijn zwakke stem U wekken,
En weert de zoden die uw lichaam dekken
En weze 't zoendag voor ons aller schuld...