Localisation - Ligging: Grand cimetière de Coblence ("Hauptfriedhof"), cimetière des alliés ("Alliierten-Ehrenfriedhof"), Beatusstraβe 37. Hoofdkerkhof van Koblenz ("Hauptfriedhof"), kerkhof van de geallieerden ("Alliierten-Ehrenfriedhof"), Beatusstraβe 37.

Coordonnées GPS - GPS-coördinaten: +50°20'50", +7°34'13"

Inscriptions - Opschriften

"LA BELGIQUE
À
SES MORTS

LA FRANCE
À
SES MORTS

LES ÉTATS-UNIS
D'AMÉRIQUE
À LEURS MORTS

L'EMPIRE
BRITANNIQUE
À SES MORTS"

Description - Beschrijving

Au sommet d'un escalier quadrangulaire et d'un socle se dresse un obélisque aplati. Les coins sont recouverts d'un motif en épi. Chacune des quatre faces du monument est consacrée aux morts d'une des nations alliées et porte les armoiries nationales correspondantes.

Le monument rend non seulement hommage aux victimes alliées de la Première Guerre mondiale, mais reflète également la composition des puissances et troupes qui occupèrent la Rhénanie jusqu'en 1929, époque à laquelle Coblence était le siège de l'IRKO (Interalliierte Hohe Ausschuss für die Rheinlande, également appelée Interalliierte Rheinland-Kommission), la Haute Commission interalliée des territoires rhénans.

Le monument, inauguré en 1927, est l'œuvre du sculpteur Paul MOREAU-VAUTHIER. Sa forme fait référence aux pierres commémoratives ("bornes du front" ou "bornes VAUTHIER") que MOREAU-VAUTHIER a installées entre 1921-1927 le long de la ligne de front de la Première Guerre mondiale, depuis la Mer du Nord jusqu'à la Suisse. Selon leur emplacement, ces monuments sont surmontés d’un casque posé sur une couronne de lauriers, généralement le casque français mais parfois belge ou britannique Le monument de Coblence reprend la forme de l'obélisque et les éléments de ces monuments et attribue le casque en acier correspondant à la nation commémorée sur chacun des quatre côtés (Source: Manfred BÖCKLING, "Grabstätten auf dem Koblenzer Hauptfriedhof", 2020).

Bovenaan een vierhoekige trap en een voetstuk verrijst een afgeplatte obelisk. De hoeken zijn bedekt met een korenaar. Elk van de vier vlakken van het monument zijn toegewijd aan de doden van de geallieerde naties met de nationale wapenschilden van deze naties.

Het monument huldigt niet alleen de geallieerde slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog, maar eveneens de mogendheden en de legers die tot 1929 het Rijnland bezetten. In die tijd was Koblenz de zeten van het IRKO (Interalliierte Hohe Ausschuss für die Rheinlande, ook Interalliierte Rheinland-Kommission) genoemd, de Hoge Intergeallieerde Commissie van het Rijnland.

Het monument werd ingehuldigd in 1927 en is het werk van Paul MOREAU-VAUTHIER. De vorm verwijst naar de gedenkstenen ("demarcatiepalen" of "bornes Vauthier") die door MOREAU-VAUTHIER tussen 1921-1917 op de frontlijn van de Eerste Wereldoorlog werden geplaatst, van de Noordzee tot Zwitserland. Deze gedenktekens werden voorzien van een helm omlijst met een lauwerkrans, volgens de locatie een Franse helm in de meeste gevallen, maar soms een Belgische of een Britse. Het monument te Koblenz neemt de obeliskvorm en de elementen van de demarcatiepalen over, waarbij de ijzeren helm op de vier zijden van het monument overeenstemt met de herdachte natie.

Sculpteur - Beeldhouwer : Paul MOREAU-VAUTHIER.

Inauguration - Onthulling : 11 novembre / november 1927

Mit herzlichem Dank an Herrn Andreas DRECHSLER, Werkleiter, Eigenbetrieb der Stadt Koblenz, Grünflächen- und Bestattungswesen.

Ce monument ne comporte pas de noms de victimes de guerre - Er staan geen namen van oorlogsslachtoffers op dit monument