Ligging - Localisation: Kerkberg.
GPS-coördinaten - Coordonnées GPS:
+51°09'39.5", +5°50'30.9"
Opschriften - Inscriptions
"BRIGADE PIRON
NORMANDIE
KANAAL VAN WESSEM
EEN BLIJVEND AANDENKEN AAN DE BELGISCHE
MILITAIREN, DIE HUN JONGE LEVEN HEBBEN
GEOFFERD VOOR DE BEVRIJDING VAN THORN
EN NABIJE OMGEVING IN 1944.
[Zevenentwintig namen, naar overlijdensdatum gerangschikt,
met vermelding van grad en overlijdensdatum]"
Historisch achtergrond - Contexte historique
Het bevrijdingsmonument herinnert de inwoners van Thorn aan
de bevrijding van hun gemeente op 25 september 1944 door de
Belgische Brigade Piron. De schampsteen is geplaatst op de
plek waar de Belgen Thorn binnenkwamen.
Na een voorspoedige opmars door Noord-Frankrijk en België
waren de Amerikanen van de 30ste infanterie "Old Hickory"
erin geslaagd het grootste deel van Zuid-Limburg te
bevrijden. Vervolgens wilden de geallieerden op 17 september
1944 met een groot offensief (operatie "Market Garden")
vanuit België een bruggenhoofd over de grote rivieren in
Nederland veroveren. Luchtlandingstroepen moesten in een
bliksemsnelle aanval bruggen in Noord-Brabant en Gelderland
veilig stellen. Vanuit België moesten grondtroepen over de
veroverde bruggen naar het IJsselmeer optrekken.
Er werden drie complete divisies gedropt: de 101ste US
Airborne Divisie bij Eindhoven en Veghel, de 82ste US
Airborne Divisie bij Grave en Groesbeek en de 1ste Britse
Airborne Divisie bij Arnhem en Oosterbeek. Bij de Amerikanen
verliep alles vrij goed. De bruggen over de Maas en het
Maas-Waalkanaal bij Heumen en de meeste bruggen nabij
Eindboven vielen in hun handen en na harde strijd ook de
Waalbrug bij Nijmegen. Maar de Rijnbrug bij Arnhem bleek een
brug te ver. De Britse para's werden verrast door Duitse
pantsertroepen en moesten zich onder zware verliezen
terugtrekken in de Betuwe.
Op 19 september stagneerde ook de Amerikaanse opmars in
Zuid-Limburg, enkele kilometers ten noorden van Sittard. De
bezetter was erin geslaagd in stelling te gaan bij twee door
de geallieerde opmars ontstane bruggenhoofden: één stelling
bevond zich op de westelijke Maasoever in Noord- en Midden-Limburg
en een andere omvatte het gebied tussen Roermond en Susteren,
begrensd door de Roer en de Maas (de "Roerdriehoek").
Brigade Piron was een uit Belgen en Luxemburgers
samengestelde divisie, genoemd naar de Belgische kolonel die
er het bevel over voerde. Net als de Nederlandse Prinses
Irenebrigade was deze Belgische eenheid gerekruteerd en
getraind in Engeland voor de strijd op het vasteland van
Europa. Twee maanden na de geallieerde invasie stapten de
Belgen in Normandië aan land en gingen direct door naar het
front in het noorden. Brigade Piron werd toegevoegd aan het
8ste Britse Leger. Bij de manoeuvres voorwaarts moesten de
Belgen de rechterflank van de Britten verstevigen en
afschermen. Vanuit Bree schoof de brigade behoedzaam op in
de richting van Thorn.
Het werd de burgers van Thorn knap lastig gemaakt in de
laatste dagen dat de bezetter nog aanwezig was. Om de
haverklap werd mannen bevolen "Schanzarbeit" te verrichten,
zoals het graven van loopgraven. Op 25 september 1944
verspreidde zich in Thorn het gerucht dat de bevrijders
waren gearriveerd. Bij de kerk verzamelde zich al snel een
groep mensen. Ook burgemeester Spierts was aanwezig met
naast hem enkele soldaten. Het waren Belgische militairen
van de vooruitgeschoven eenheid van de Brigade Piron. Zij
waren gearriveerd in enkele lichte pantserwagens op
rupsbanden. Op verzoek van de bevrijders vroeg de
burgemeester om vrijwilligers die als een soort waarnemers
de omgeving van Thorn in de gaten moesten houden. Arnold
CORBEY meldde zich en bemande in zijn eentje drie uur lang
een uitkijkpost. Na zijn aflossing vroeg een Belgische
officier hem of hij een veilige binnenweg naar Wessen kon
aanwijzen. Hij ging mee op patrouille en moest honderden
meters plat op zijn buik door de modder kruipen om niet door
de bezetter te worden doodgeschoten. Een Belgische luitenant
raakte zwaar gewond en zou enkele dagen later aan zijn
verwondingen bezwijken. CORBEY heeft de Brigade Piron nog
enkele nuttige tips kunnen geven over de ligging van de
Duitse bunkers en mijnenvelden.
De Belgische militairen hadden een loodzware taak. Zij
moesten met hun beperkte mankracht een te groot gebied
bestrijken om te voorkomen dat Duitse patrouilles in de
nacht hun linies zouden binnensluipen. Op 4 oktober 1944
leidde deze bijna onmogelijke opgave zelfs tot
dienstweigering. Veertig soldaten verzetten geen voet meer
richting de eerste linie. Pas na een peptalk en een gesprek
met de voornaamste dwarsliggers kreeg kolonel PIRON weer
grip op de groep. Net toen iedereen weer zijn plaats in het
verdedigingsstelsel had ingenomen, ontplofte er een granaat.
Opnieuw was iedereen op het topje van zijn zenuwen. Later
bleek dat een van het erf afgedwaalde koe bij herhaling
tegen een struikeldraad was aangelopen, waaraan explosieven
waren gekoppeld (Bron [295].
Zie namen op het
monument - Voir les noms cités sur le monument
|